"Vaak is de beste manier om een ander te helpen, daar eens mee te stoppen (Omdenken)"
Volgens psycholoog Jan Derksen pamperen ouders hun kroost te veel. We roepen wel: ‘fouten maken mag’, maar feitelijk ontnemen we kinderen de ruimte om aan te modderen. Zowel thuis als in de klas. Vanuit allerlei richtingen klinkt eenzelfde advies: verplaats het zweet naar de juiste rug. Neem een coachende houding aan, zowel in het onderwijs als in de opvoeding.
Hoe viezer hoe beter
Stomverbaasd was ik. Het is nu een paar jaar geleden, maar ik zal het nooit vergeten. Ik bracht mijn zoontje naar het kinderdagverblijf en één van de medewerkers vroeg: ‘Mag hij vies worden?’ Buiten scheen de zon en kinderen waren in de weer met emmers en scheppen. ‘Wat bedoel je’, vroeg ik. Ze vertelde dat meerdere ouders hadden geklaagd. Over vlekken. Op de kleding van hun kind. Meerdere gedachten schoten door mijn hoofd, zoals: Neem je me in de maling? Zijn die ouders helemaal gek geworden? Maar vooral: Mijn kind van twee heeft nog nooit, echt nog nooit schone kleren gehad aan het einde van de dag. Het kan niet. Dus zei ik: ‘Natuurlijk mag hij vies worden. Het is één van zijn kernkwaliteiten.’ Toen was zij stomverbaasd.
We want zelfvertrouwen!
Kinderen met ritsen in hun schoenen, omdat strikken te lang duurt. Bouw die toren maar niet zo hoog, want anders valt die om. Hè? Dat is toch het hele eieren eten, dat die instort! We slaan door. Als ouders en als onderwijsprofessionals. Het is de hele generatie. Dus beste curling ouders en helicopter parents, laten we het anders doen. Voor de achterbankgeneratie en alle kinderen die erna komen. Hoe fijn is het als ze zelf hun brood smeren. En als docenten zich niet meer uit de naad hoeven te werken om hun leerlingen te motiveren. Ze worden er watjes van en trouwens, docenten hebben daar helemaal geen tijd voor met dat huidige lerarentekort. Die hebben wel wat beters te doen.
Michaeleen Doucleff, PhD schrijft in haar boek Jagen, verzamelen, opvoeden over het directe verband tussen autonomie en zelfvertrouwen. Je groeit door uitdagingen aan te gaan. Prachtig als het niet meteen lukt, want dan is de uitdaging passend. En dan, na een paar pogingen, lukt het wel. Bam. Succeservaring. Brood gesmeerd. Zelf een was gedraaid. Zelf het antwoord gevonden op die vraag voor bio. Big day.
Niet per sé warm en fuzzy
In het onderwijs is coachend lesgeven al langer een trend. Ook in het laatste rapport van de Onderwijsinspectie (april 2024) wordt een coachende stijl als kans gezien. Alleen is er sprake van begripsverwarring. Bij het woord coaching denken mensen vaak aan ‘soft en fuzzy’. Het staat dan vooral voor persoonlijke aandacht bij problemen. Vaak zie je dat docenten dan gaan begeleiden en dat kunnen ze heel goed. Alleen is coachen echt een ander vak. Wie kan coachen is in staat om de verantwoordelijkheid te verplaatsen van de docent naar de leerling. Docenten dragen niet alleen kennis over, maar ze begeleiden leerlingen ook in hun leerproces, waarbij de focus ligt op het ontwikkelen van vaardigheden en het zelfsturend, reflecterend en competentiegericht leren.
Doach of Coachent
Onderwijsprofessionals die dit lezen, denken nu misschien: ‘Makkelijk praten. Ik kan toch niet zomaar wisselen van de ene rol naar de andere?’ Maar ik denk, en dan ben ik niet de enige, dat we docenten ernstig tekortdoen door te denken dat zij niet in staat zouden zijn om hun rol als coach én expert geïntegreerd uit te voeren. Het is vooral aan de onderwijsorganisaties om docenten optimaal te ondersteunen in de vorm van tijd, ruimte en hun eigen professionele ontwikkeling, zodat zij de genoemde balans en afstemming kunnen vinden. Uit onderzoek blijkt dat de werkdruk voor docenten daalt en de motivatie en prestaties van leerlingen stijgt. Plus, wat nog veel belangrijker is, docenten en leerlingen hebben meer plezier op school. En dat laatste, dat willen alle ouders toch? Happy puber, happy life.
Gelijk aan de slag? Download de hand-out met 10 tips om je leerling in beweging te krijgen.
Aan de slag op jouw school? Bekijk ons aanbod voor het onderwijs.